Afstemmen bedrijfsvoering en opleiding cruciaal voor individualisering

Het federatieproject Individualisering Opleidingsduur heeft indrukwekkende resultaten opgeleverd. Maar om de individualisering ook in de toekomst te laten slagen, moeten we meer aandacht hebben voor de gevolgen van korter opleiden voor de bedrijfsvoering in opleidingsziekenhuizen. Dat was de conclusie van het congres ‘Individualisering Opleidingsduur. Tot hier en nu verder!’ dat afgelopen dinsdag in Maarssen gehouden werd.

In de periode 2014-2018 heeft de Federatie Medisch Specialisten vanuit het project Individualisering Opleidingsduur (RIO) samen met vele opleiders, aios en andere betrokkenen, hard gewerkt om de opleidingen tot medisch specialist optimaal af te stemmen op de competenties en het ontwikkeltempo van individuele aios. Tijdens het slotcongres kregen opleiders, aios en andere betrokkenen een podium om te laten zien wat ze gedaan hebben, waar ze tegenaan liepen en welke oplossingen zij gevonden hebben om de individualisering van de opleidingsduur optimaal in de praktijk te brengen.

Van bezuiniging naar kwaliteitsverbetering

Tijdens de korte pitches en uitgebreidere werksessies die zij hielden werd duidelijk dat het project meer opgeleverd heeft dan de in het Opleidingsakkoord afgesproken bezuiniging. Federatiebestuurder Marianne ten Kate-Booij benoemde als belangrijkste resultaat de nieuwe mindset: “De forse bezuinigingsopdracht kwam velen van u rauw op het dak vallen. Maar het is ons samen gelukt om deze situatie te benutten om de kwaliteit van de medisch-specialistische opleidingen te vergroten”. Zo heeft het project gezorgd voor meer inzicht in wat aios al kunnen en wat ze nog verder moeten ontwikkelen, waardoor de kortere opleidingstijd optimaal benut wordt.

Projectleider Ramon van den Berg nam de aanwezigen in vogelvlucht mee in het proces en de resultaten van het project:

‘Bedrijfsvoering mag niet afhankelijk zijn van aios’

Maar er werden tijdens het congres ook zorgen geuit. De aios die dit jaar uitstromen doen gemiddeld drie maanden korter over de opleiding dan voorheen, de komende jaren moet deze verkorting verder toenemen tot 6 maanden. Velen vragen zich af of dit mogelijk is. Doordat er veel minder aios-uren beschikbaar zijn op de werkvloer, wordt het steeds lastiger om 7 dagen per week, 24 uur per dag goede kwaliteit van zorg te blijven leveren. Mark Kramer, internist en lid van de raad van bestuur van het VUmc sprak in dit kader zijn zorgen uit over de avond-, nacht- en weekenddiensten. Deze bedrijfsmatige problemen kunnen de individualisering van de opleidingsduur in gevaar brengen: kun je als aios straks nog wel kiezen voor een versnelling of een differentiatiestage in een ander ziekenhuis, of word je verplicht om te blijven omdat er anders gaten in het rooster ontstaan?

Deze zorgen werden door veel aanwezigen gedeeld, maar over de oplossingsrichtingen lopen de meningen uiteen. Zo pleitte Thomas Schok, vicevoorzitter van De Jonge Specialist, voor het loskoppelen van opleiden en bedrijfsvoering. Gynaecoloog Fedde Scheele was het hier niet mee eens: “Als medisch specialist heb je ook te maken met de bedrijfsvoering van jouw afdeling en instelling, dus het is goed om tijdens je opleiding te leren hoe dat werkt. Maar dit moet wel in balans zijn: aios draaien mee in de bedrijfsvoering, maar de bedrijfsvoering mag nooit afhankelijk zijn van aios.”

TOKIO Traject en Model

Om instellingen te ondersteunen bij het samenstellen van een optimale formatie, waarbij ruimte blijft voor individueel opleiden op de werkvloer, heeft de Federatie het TOKIO Traject en Model ontwikkeld. Dit omvat een online rekenmodel dat vakgroepen helpt om keuzes te maken in het samenstellen van de formatie van een of meerdere afdelingen. Het uitgangspunt wordt daarbij gevormd door de kwaliteitseisen die zij aan de zorg stellen

Deze animatie geeft uitleg over het TOKIO Traject en Model: